Panna cotta met frambozen in een glaasje

Bereiding

1. Verwarm de slagroom in een pannetje met 75 gr suiker tot deze is opgelost. Week 4 blaadjes gelatine in een bakje met koud water. Snijd het vanillestokje open en schraap het merg er uit en voeg toe aan de room. Zet het vuur uit en voeg de uitgeknepen blaadjes gelatine toe. Laat 10 minuten afkoelen en schep dan de kwark er door heen.

   
   
   

2. Leg 4 glazen schuin in bijvoorbeeld een ovenschaaltje met de bovenzijde leunend op de rand van de schaal. Giet wat van de het roommengsel er in tot ongeveer de helft, eventueel met behulp van de trechter. Laat dit een of twee uurtjes opstijven in de koelkast. Verwarm ondertussen de frambozen in een pannetje en voeg 100 gr suiker toe en 2 eetlepels water. Laat zachtjes koken tot er een saus ontstaat, duw de framboosjes eventueel een beetje kapot. Week weer 4 blaadjes gelatine in koud water en voeg vervolgens toe aan de frambozensaus.

   
   
   

3. Haal de glaasjes met panna cotta uit de koelkast en giet hier het frambozenmengsel in tot deze gelijk is aan de schuine zijde van de panna cotta. Laat de glaasjes vervolgens een nacht opstijven in de koelkast. Garneer ze voor het serveren met wat verse frambozen, blauwe bessen en/of fijngehakte pistache.

   
   

4. Tip: probeer ook dit basisrecept voor panna cotta